Vanmiddag met een groepje gemeenteleden naar kamp Zeist gegaan.
Aanleiding was de 100ste wake die gehouden werd bij het detentiecentrum waar asielzoekers die niet uitgezet kunnen worden (geen papieren; land van herkomst wil ze niet toelaten). In gevangenis worden ze vast gehouden.
De aanleiding voor het houden van deze wakes was de dramatische Schipholbrand die in oktober 2005 11 gedetineerde illegalen het leven kostte.
Het was voor mij maanden geleden dat ik hier was.
De tocht verliep anders dan ik gewend was. Vanwege het jubileum (een minder gepaste aanduiding in dit verband) was er een fakkeloptocht vanuit Soesterberg naar het detentiecentrum. Er waren de nodige vips, en er was veel pers op de been.
De tocht verliep waardig, met Taizé-liederen en negrospirituals, lichte politiebegeleiding, muziek door het corps van het Leger des Heils, gesprekken over de onwenselijkheid van deze 'opvang'. De nuchtere vraag: "waarom kunnen deze mensen niet in AZC's verblijven. Zonder papieren kunnen ze toch geen kant op..." - bleef onbeantwoord in de lucht hangen. De SP schonk tomatensoep.
De wake zelf, voor het toegangshek, bestond uit het zingen van liederen, enkele toespraken en gebeden. De motoragent die een oogje in het zeil hield, toonde aan een jong meisje de inhoud van zijn bagagekoffer: brandblusser, ehbo-spullen. Het was allemaal niet nodig...
Maar de vredige sfeer verhulde niet de schrijnende toestand waarin deze asielzoekers verblijven. We konden geen visueel contact hebben met de gedetineerden. De vleugel waar ze eerder verbleven, was ontruimd en ze verblijven nu in gebouwen verder verwijderd van de omheining. Beleid of toeval...?
De toespraak van de Zeister burgemeester Koos Janssen was eerlijk en persoonlijk. Hij stemde van harte in met de intentie van de demonstranten: asielzoekers horen niet in detentie. Hij schetste ook het dilemma dat hij als burgemeester (en ik als burger) de keuze van een democratische gekozen regering moet respecteren. En hoe wrang het is dat de meeste asielzoekers juist vanwege dit rechtvaardige democratische systeem hierheen gekomen zijn.
Persoonlijk werd hij toen hij het volgende gebed voorlas:
We kunnen U niet domweg bidden, o God,
om aan de oorlog een eind te maken;
want wij weten dat U de wereld zo gemaakt hebt
dat de mens zijn eigen weg naar de vrede moet vinden,
bij zichzelf en bij zijn naaste.
We kunnen U niet domweg bidden, o God,
om een eind te maken aan de hongersnood;
want U hebt ons de middelen al gegeven
om de hele wereld van voedsel te voorzien,
als we er maar een wijs gebruik van maken.
We kunnen U niet domweg bidden, o God,
om vooroordelen uit te roeien,
want U hebt ons al ogen gegeven
om in ieder mens het goede te zien,
als we er maar een juist gebruik van maken.
We kunnen U niet domweg bidden, o God,
om een einde te maken aan de wanhoop,
want U hebt ons de macht al gegeven
om sloppenwijken op te ruimen
en weer hoop te schenken,
als we die macht maar rechtvaardig gebruiken.
We kunnen U niet domweg bidden, o God,
om een eind te maken aan ziekten,
want U hebt ons al een geweldig verstand gegeven
waarmee we geneesmiddelen
en therapieën kunnen uitdenken,
als we er maar een constructief gebruik van maken.
Daarom bidden we U in plaats daarvan, o God,
om kracht, vastberadenheid en een sterke wil,
om te doen, in plaats van alleen maar te bidden,
om te worden, in plaats van uitsluitend te wensen.
In: Harold S. Kushner, Als 't kwaad goede mensen treft, Baarn 1983, 111, 112
Dit is echt liturgie op straat!
Reacties