Bob Dylan 80 jaar | a never ending story


De muziek van Dylan leerde ik kennen als 17-jarige. De LP Desire (1976) was mijn eerste kennismaking.

I don't sense affection
No gratitude or love
Your loyalty is not to me but to the stars above (One more cup of coffee) 

Geen idee over wie of wat dit ging, maar het lied dat ik op de zolderkamer van een vriend in Huizen voor het eerst hoorde, bleef in mij zingen. Het was het liedje waarop ik gitaar leerde spelen. Vier simpele akkoorden en rake teksten openden een nieuwe, ongekende wereld, diep als de oceaan, mysterieus en donker. 

her heart is like an ocean
So mysterious and dark. 

Een kenmerk van grote poëzie is dat het je direct in je hart raakt, ook al begrijp je niet waar het overgaat. 

Mijn liefde voor poëzie ontwaakte in die tijd. Op mijn literatuurlijst (in 1978 deed ik eindexamen) stonden Achterberg en Nijhof. Achteraf denk ik dat -naast Nederlandse dichters- het Dylan is geweest die mijn liefde voor taal en woorden heeft gewekt. Het ritme, de combinatie met de muziek, de timing, ritme, timbre... poëzie op muziek. Of zoals Nico Dijkshoorn Dylan typeert: ''een schrijver die toevallig ook nog goede liedjes maakt.'' 

De lange protestsong 'Hurricane' waarmee Desire opent, gaat over de ten onrechte voor moord veroordeelde bokser Rubin Carter. Het was alsof een krantenartikel tot leven komt. Het wordt een filmisch verslag van een dramatische nacht. Een vlammend protest tegen klasse-justitie. Het was voor mij nieuw dat popsongs profetisch-kritisch konden zijn. 

Het toont ook één van Dylans specialiteiten. Hij durft het aan de maximale lengte van een goede preek ruim te overschrijden. 'Hurricane' duurt ruim 8 minuten. Op zijn laatste album Rough and Rowdy Ways (2020) klinkt 'Murder Most Foul' dat maar liefst 17 minuten duurt. Je moet maar durven. En je moet maar blijven boeien. En dat doet hij. 


Er klonk van alle kanten kritiek toen Dylan in 2016 de Nobelprijs voor literatuur kreeg toegekend. Popsongs zouden geen hogere cultuur vertegenwoordigen. Nu kun je zonder gêne Dylan op je leeslijst kunnen zetten. 

En hoezo 'weer een oude witte man?' Namen van slachtoffers van racisme, Rubin Carter, Emmett Till, Hattie Carroll ('The Times They Are a-Changin', 1964) zijn door de liedjes van Dylan vereeuwigd. Ver vóór #blacklivesmatter stelde Dylan racisme aan de kaak. 

Dylans muziek kroop onder mijn huid. Mysterieuze zinnen die ergens in mijn ziel onderdak vonden. Liedjes die een wereld schiepen, een universum bouwden. Te groot om te bevatten. Kleine verhalen over liefde en onrecht die universeel zijn. 

Je kunt Dylan gerust grillig noemen. Hij vond zichzelf regelmatig opnieuw uit. Hij was vaak zijn inspiratie kwijt, heeft de hulp van andere muzikanten en muzen nodig om weer op gang te komen. Hij beleefde lange perioden dat hij stil viel, hulde zich in het gewaad van geloof en twijfel, dook weg in stil zwijgen, durfde het aan meer dan matige albums uit te geven, schurkt aan tegen andere muzikanten. 

Hij gaat zijn eigen gang en experimenteert met een veelheid van muziekstijlen, introduceert vernieuwingen (eerste dubbel-LP, eerste vidieo-clip; eerste stadion-concert etc. etc.). Rusteloos op weg in zijn Never Ending Tour. 

'I contain multitudes', zingt Dylan op zijn laatste studio-album. Asrar Chowdhury typeert de zanger mooi: "Down the decades he has been Little Richard electric, Woodie Guthrie folk, his own folk, his own electric, imperious, stoned, quasi-biblical, country, crooning, pastoral, comeback, Gypsy, despairing, Christian, biblical-biblical, Jewish, nowhere, drunk, back again, lost, finger-picking, back again, mighty and unbowed, Santa, Sinatra, and at the last … transcendent." (https://www.thedailystar.net/shout/news/bob-dylan-80-forget-about-today-until-tomorrow-2097817

Sinds Desire volg ik Dylan. Niet altijd even intensief. Er waren perioden bij dat ik afhaakte. Nee, daar waren niet de gospeljaren bij. Slow Train Coming vond en vind ik -in tegenstelling tot de recensenten toentertijd- één van zijn betere albums. 

Inmiddels heeft de oude bard vorig jaar zijn 39ste studio-album Rough and rowdy ways (ik schreef er eerder over: http://www.martinsnaterse.com/2020/07/rough-and-rowdy-ways.html). 

Of we nog nieuwe albums kunnen verwachten? Geen idee. Zijn Never-ending tour is vanwege corona opgeschort, maar wie weet kunnen we hem nog eens live zien optreden. Je weet het met Dylan nooit. Hoe vaak stond hij niet op nadat hij dood gewaand werd? Hoe vaak hervond hij zichzelf en nam een nieuwe identiteit aan? 

Dat is  voor mij het meest verrassende aan Dylan. Hij lijkt ongrijpbaar. Is vaak onbegrijpelijk. Zijn teksten zijn gelaagd. Mysterieus. Ze roepen een werkelijkheid op die je niet kan vatten, maar die je meeneemt. Die jou omvat in plaats dat jij het vat. 

Het moet in je zingen. 

In zijn -paradoxaal genoeg geschreven niet gesproken- toespraak bij het ontvangen van de Nobelprijs, zegt Dylan: “The words in Shakespeare’s plays were meant to be acted on the stage. Just as lyrics in songs are meant to be sung, not read on a page. And I hope some of you get the chance to listen to these lyrics the way they were intended to be heard: in concert, or on record, or however people are listening to songs these days. I return once again to Homer, who says ‘Sing in me, oh Muse, and through me tell the story’.”



Reacties